Schooladviezen Drenthe bescheidener dan gemiddeld
Regio – Vandaag is de presentatie van de 11e editie van de Drentse Onderwijsmonitor tijdens de jaarlijkse Onderwijsdag. De monitor brengt de onderwijspositie en -prestaties van Drentse leerlingen in beeld, van primair tot wetenschappelijk onderwijs. In deze monitor extra aandacht voor de overstap van het primair onderwijs naar het voortgezet onderwijs.
Overgang primair naar voortgezet onderwijs
Al een aantal jaren laat de monitor zien dat de Drentse basisschoolleerlingen, ondanks prima resultaten op taal – en rekentoetsen, toch lagere schooladviezen krijgen dan gemiddeld in Nederland. Naast een cijfermatige analyse is een enquête gehouden onder ouders, die afgelopen jaar te maken hebben gehad met de overstap van hun kind naar het voortgezet onderwijs. Hoe hebben zij de overstap ervaren en wat zijn de belangrijkste overwegingen geweest voor de keuze van een vervolgschool?
Drentse schooladviezen bescheidener dan gemiddeld in Nederland
Net als eerdere jaren geven de Drentse basisscholen vaker een vmbo advies dan in de rest van Nederland. De verschillen in advisering tussen kinderen met lager en kinderen met hoger opgeleide ouders, die de Onderwijsinspectie in 2016 signaleerde, zien we ook in Drenthe. Ook zien we dat de Drentse schooladviezen vaker dan landelijk lager zijn dan het advies dat op basis van de toetsuitslag gegeven wordt. Bij een hogere toetsuitslag wordt, net als landelijk, in een vijfde van de gevallen het schooladvies na heroverweging bijgesteld. Ruim tweederde van de ouders met kinderen, waarbij het schooladvies en toetsadvies niet overeenkwamen, heeft hierover een gesprek gehad op school. De Drentse ouders zijn in hoge mate tevreden met het uiteindelijke schooladvies (91% is het hiermee eens) en de contacten met de school. Zij hebben veel vertrouwen in de expertise van de school. De keuze voor de vervolgopleiding blijkt vaak voorzichtig: liever later een stapje hogerop, dan teleurgesteld worden.
Uiteindelijke keuze voor de school wordt het meest door het kind bepaald
Bij de uiteindelijke keuze voor de school waar het kind naar toe gaat, geeft het kind zelf in de meeste gevallen de doorslag. Het kind moet zich vooral thuis voelen op de school. Hierbij spelen open dagen die de scholen organiseren om leerlingen te werven een grote rol. De school moet goed bekend staan. Daarnaast zijn bereikbaarheid (een veilige fietsverbinding), het aanbod van verschillende onderwijsniveaus en extra onderwijsprogramma’s belangrijk. De levensbeschouwing of religieuze overtuiging van de school speelt veel minder vaak een rol.
Schooladvies, vervolgopleiding en slaagresultaat
Drentse leerlingen zitten iets vaker dan landelijk in de derde klas van het voortgezet onderwijs op een lager niveau dan het schooladvies. De slaagpercentages in het Drentse voortgezet onderwijs zijn iets hoger dan landelijk. De helft van de vmbo-ers en 40% van de havisten doet examen onder het adviesniveau van de basisschool. Drentse leerlingen behalen vaker een vmbo-diploma en minder vaak een havo- of vwo-diploma dan landelijk.
De Drentse Onderwijsmonitor
De Drentse Onderwijsmonitor verschijnt in opdracht van de provincie Drenthe en de Vereniging Drentse Gemeenten en is uitgevoerd door CMO STAMM onder redactie van de Regiegroep Drentse Onderwijskwaliteit, waar ook schoolbesturen in zijn vertegenwoordigd. Het doel van de onderwijsmonitor is om de Drentse onderwijskwaliteit in kaart te brengen en verder te verbeteren. Belangrijke informatiebronnen zijn de Dienst Uitvoering Onderwijs en de Inspectie van het Onderwijs. Daarnaast leveren vrijwel alle scholen voor basis en voortgezet onderwijs gegevens aan.
Het volledige rapport is te vinden op de volgende websites: www.cmostamm.nl , www.vdgdrenthe.nl en www.provincie.drenthe.nl.